Hordelopen is misschien wel een van de zwaarste atletiekonderdelen. Anna Cockrell, top-hordeloper op de 400 meter, weet dat als geen ander. Ze doet al bijna haar hele leven mee aan wedstrijden. Een brandend gevoel in de benen terwijl ze een volledige ronde sprint op de baan? Yep. Voeg daar nog eens 10 horden aan toe, elk tot de helft van haar lichaamslengte, op gelijke afstand van elkaar tot aan de finish. We vroegen Anna waar ze aan denkt terwijl ze sprint en zowel fysieke als mentale hindernissen tegenkomt.
Er is niet veel tijd om helder na te denken tijdens de laatste 100 meter van het 400-meter hordencircuit. Je probeert namelijk zo hard mogelijk te lopen, en je raakt zo vermoeid dat je pijn krijgt. Je mantra's moeten eenvoudig zijn. Ik zeg meestal de woorden 'Go' en 'Clean' (Strak) tegen mezelf, als in: zorg voor een strakke techniek. Ik heb ervaring met hordenlopen op de 110 meter, dus ik durf te stellen dat mijn techniek beter is dan die van de meesten. Je moet je techniek de hele wedstrijd strak houden, en dat is makkelijker gezegd dan gedaan als je op het einde uitgeput raakt. Ik tel ook mijn stappen. Toen we bij horde 8 kwamen, op weg naar de eindstreep, dacht ik alleen maar: go go go. 1-2-3-4-5-6-7-8-9-10 strak strak strak, go go go . Steeds weer dezelfde woorden, en ik tel mijn stappen om er zeker van te zijn dat ik in het ritme zit en beweeg zoals ik zou moeten.